In het kader van: ‘Wie zijn toch al die ondernemers die bij de KOV (Klarenbeekse Ondernemers Vereniging) zijn aangesloten?’ gingen we op de koffie bij onze ‘Klarenbeekse invlieger’ Tjerk Steenbergen van Stouthout. Tjerk woont samen met Doortje en hun drie kinderen (Hidde, Neeltje en Diede) in het voormalige boerderijtje van de familie Driessen aan de Hessenallee. Misschien heb je hem wel eens zien rijden in die grote, gele, oude provincieauto, waarvan hij zelf zegt: “Sinds ik deze auto heb, kan ik overal parkeren en zwaai ik naar iedereen”.
“Als het anders moet, moet je ons bellen”
Met zijn bedrijf Stouthout, dat dit jaar al 20 jaar bestaat, doet hij aan landschappelijke houtbouw; natuurspeelplaatsen, houtbouw & meubels en tuin & landschap. Dat doet hij met robuust hout, hier uit de omgeving. Op zijn website vind je geen productenlijst, want geen enkel project dat Tjerk doet, is hetzelfde. “Als het anders moet, moet je ons bellen. Ik moest eens een boom weghalen in een tuin die daar ooit door opa was geplant. Daar heb ik een wiegje van gemaakt”. Hij werkt, samen met een aantal zzp-ers, door heel Nederland en Europa. Heeft onder andere gemeenten als opdrachtgever: “Er is vaak een spanningsveld tussen wat de burger wil én wat de ambtenaar wil, ik zit daar als een luis in de pels tussen”. Daarnaast is hij boomverzorger, met als specialisatie hoogstamfruitbomen.
Vanwaar Stouthout?
“Ik werkte bij een hoveniersbedrijf, waar ik als boomverzorger regelmatig bomen moest opruimen. Als enorme natuurliefhebber stond me dat altijd zo tegen, daarbij vond ik het lastig om in loondienst te werken. Tijdens een lange stage in Schotland kreeg ik een kettingzaag in mijn handen gedrukt en kon ik vrijuit mijn gang gaan met bomen. Ik creëerde van alles en de Schotten noemden mijn werk “stout”. Toen ik voor mezelf begon, besloot ik die naam aan te nemen.”
En sinds een aantal jaren in Klarenbeek?
“Het grappige is dat ik vroeger ook in Klarenbeek heb gewoond. Ik ging naar de Bosbouwschool in Apeldoorn en woonde anti-kraak aan de Brinkenweg met een aantal vrienden. We gingen toen al naar de Klarenbeekse feesten, de kermis en carnaval, hadden er de grootste lol. Hoe jullie hier spraken, vonden we leuk. In plaats van “Ik hou van je” “Ie loopt mie nog nie in de weg” bijvoorbeeld.” Wie Tjerk ook niet in de weg liep, was Doortje. Hij leerde haar ook in Klarenbeek kennen, zij kwam uit De Maten en haar broer was Tjerks beste vriend en huisgenoot aan de Brinkenweg. Rond 2004 vertrokken Tjerk en Doortje uit de anti-kraak en na onder andere in Bennekom te hebben gewoond, kwam (op zoek naar andere woonruimte) Klarenbeek ineens weer voorbij. “Toen we bij dit huis gingen kijken, het kerkuiltje zagen en broedende zwaluwen in de schuur, waren we op slag verliefd.” En zo keerden ze jaren later met hun drie kinderen en katten (waarvan de kat Joep nog geboren is in de tijd dat ze aan de Brinkenweg woonden) hier terug.
En hoe bevalt het?
“Toen we hier kwamen wonen, begrepen we dat één ding belangrijk was: “buurt maken”. Ik heb op Google opgezocht wat dat eigenlijk inhield. Helaas kwam corona om de hoek kijken en was er geen mogelijkheid om alle buren in één keer uit te nodigen. We zijn ze maar één voor één langsgegaan, we hebben leuke buren. De buurman heeft ons wel eens midden in de nacht gebeld dat het schaap moest lammeren en of we wilden komen kijken. Geweldig toch?!”
Een huis met historie
De familie woont op een plek met historie. Op het erfje met schuren achter hun huis is de oudste schuur meer dan 100 jaar oud. Verschillende generaties van de familie Driessen hebben er gewoond en zijn nog steeds hun buren.
Dus voorlopig zitten jullie hier goed?
“Jazeker, ik haal veel hout hier uit de buurt en laat het in de buurt bezagen. Wat dat betreft, ben ik dichter bij mijn werk komen wonen. En hoe leuk we hier onthaald werden, dat is een feest. Klarenbeek is heel sociaal. Hier groeten we elkaar nog, als ik in Apeldoorn iemand groet, word ik raar aangekeken. We hebben hier dan wel niet onze wortels liggen, maar voelen ons hier heel erg thuis.”